Vogel…
In de beginne was er water en wind, die twee maakten muziek…
In ‘zomergasten’… Reinbert de Leeuw, componist/dirigent.
Hoogtepunt was wat hij liet zien en horen van de Franse componist Messiaen.
Deze begaafde en diep gelovige componist zag in de vogels schepselen die je heel dicht bij God de Schepper kunnen brengen.
Hij reisde de hele wereld af samen met zijn vrouw Yvonne, een begaafd pianiste, om overal te luisteren naar het gezang van de vogels.
Ter plaatse noteert hij het gezang in notenschrift, terwijl zijn vrouw het opneemt op een bandrecorder.
Thuis gekomen werkt hij het uit voor zijn composities, die soms magistraal klinken.
Messiaen is ook geboeid door de mens Fransiscus van Assisi, die zozeer houdt van de schepping en de Schepper, terwijl hij zelfs spreekt met de vogels.
Reinbert de Leeuw laat dan een stuk horen van Messiaen over ‘’Assise’’ met beelden erbij en het spel van een soort ‘Vedel’, wat oorspronkelijk een Middeleeuws snaarinstrument is.
Dan klinkt een welhaast bovenmenselijke muziek en je ziet hoe Reinbert de Leeuw heel diep geraakt wordt tot in zijn ziel en ik kan dat alleen maar beamen.
Er is nog iets bijzonders : Messiaen is begiftigd met de gave van ‘synesthesie’, wat betekent dat hij bij het horen van geluid de kleuren ziet…wat een gave voor een componist.
Dat de ‘vogel’ in het leven van deze componist zo’n grote rol heeft gespeeld is niet zo vreemd : ‘In het begin’, zegt hij, ‘was er alleen water en wind…die twee maakten muziek. Op een gegeven ogenblik kwamen uit het water hagedisachtigen het land op, voorlopers van de vogels, die, hun aard niet verloochenend, de muziek gingen nabootsen’.
Zij zongen en zingen nog steeds hoe wij het bestaan mogen ervaren, namelijk als ‘Melodisch rolt de wereld uit Gods hand’, een zin die Etty Hillesum citeert uit het lied ‘Honestum petimus usque’ (onafgebroken zoeken naar het eervolle), geschreven door de dichter Albert Verwey .
piet
